© Reyer Boxem |
Albertina Soepboer (1969) woont in Harlingen en heeft haar atelier in Groningen Ze studeerde Romaanse talen en culturen en Friese taal- en letterkunde aan de Rijksuniversiteit in Groningen.
Haar Friestalige debuutbundel Gearslach verscheen in 1995. Na die bundel volgden negen andere bundels. Naast het Fries heeft ze altijd in het Nederlands geschreven en ze ziet zichzelf dan ook als een tweetalig schrijver. In haar poëzie is die meertaligheid een belangrijk thema. Een ander belangrijk thema is landschap. Het wad komt vaak terug in haar poëzie, maar ook haar passie voor reizen speelt een grote rol. Andere niet direct aanwijsbare invloeden, maar minstens zo belangrijk zijn muziek en haar eigen teken- en schilderwerk. Als dichter heeft ze teksten geschreven voor de Friese fadozangeres Nynke Laverman en werkte ze samen met het Rubens Kwartet.
Voor haar gedichten kreeg ze in 1996, 1997 en 1998 de Rely Jorritsma-prijs. Als dichter heeft ze op vele festivals opgetreden, o.a. op Poetry International in Rotterdam, De Wintertuin in Nijmegen, De Nachten in Antwerpen, Poesie International in het Oostenrijkse Dornbirn, Struga Poetry Evenings in Macedonië en The Ubud Writers&Readers Festival op Bali. Haar werk is vertaald naar het Engels, Duits, Frans en Slavisch-Macedonisch.
Naast poëzie schrijft ze toneel en proza. Ze heeft verschillende toneelstukken voor kinderen en jongeren geschreven.Voor een co-productie van Firma Rieks Swarte en Tryater maakte ze een moderne vertelling over de geschiedenis van Friesland. Verder publiceerde ze een aantal korte verhalen waarvan een in 2003 de Rely Jorritsma-prijs won. Twee verhalen zijn als een speciale uitgave verschenen.